Studenten mbo, hbo en wo kijken met frisse blik naar toekomst veenweidegebied

De veenweiden in Friesland vormen een uniek gebied met veel agrarische bedrijvigheid. Maar de balans tussen landbouw en natuurbeheer is er wankel. Hoe doe je dat slimmer? Studenten uit mbo, hbo en wo zochten samen voor vier opdrachtgevers naar nieuwe antwoorden op deze complexe vragen. Vrijdag presenteerden zij wat ze hebben bedacht, op een geïmproviseerd marktplein in de Grote Kerk in Leeuwarden.

Studenten mbo, hbo en wo kijken met frisse blik naar toekomst veenweidegebied

Akkrumer Goedland, gevormd door een groep ambitieuze agrariërs en ondernemers, wil op een ruime lap veengrond bij het dorp een nieuw landgoed bouwen. Hier is alle ruimte om wonen, werken en natuur samen te laten komen. In tien jaar moet het plan klaar zijn. Maar hoe krijg je de Akkrumers - met name jongeren - hier warm voor? Met een heldere reeks bijeenkomsten én prettige posts op social media om hen daar te krijgen, bedachten de studenten. 

‘Op Instagram breng je die boodschap bij jongeren’, verklaart Berber Jouta. ‘Anders bereik je hen niet.’ Met haar groepsgenoten maakte de studente van de lerarenopleiding Beeldende Kunst en Vormgeving op NHL Stenden meteen een filmpje, waarin ze de kansen enthousiast verwoordt. Een tweede groepje bedacht een tijdpad met heldere doelen in diverse fases, van nieuwsgierigheid prikkelen als start naar een realistisch plan over tien jaar. 

Onder de indruk 

Albert van Zadelhoff, projectleider van Akkrumer Goedland is onder de indruk. ‘Ze hebben de verleiding weerstaan om zelf een leuk wijkje te bedenken’, zegt hij. ‘Dat was ook nadrukkelijk níet hun opdracht. We vroegen om een spoorboekje voor een slimme aanpak om mensen in de omgeving hiervoor te activeren. En daar zijn deze groepjes samen prima in geslaagd.’ 

Alle reden om trots te zijn. Niet alleen op het resultaat, maar ook de wijze waarop de studenten samenwerkten. Juist de combinatie van studenten uit wo, hbo en mbo zorgde voor een prettige dynamiek. ‘Dat liep hartstikke goed’, merkte Berber Jouta. In de andere groep deed Thomas Buijs van Aeres volop mee. ‘Ik keek vooral naar praktische zaken.’ En Alice Haywood ontdekte hier hoe sterk zij tussen de ‘internationals’ op Campus Fryslân in een ‘klein bubbeltje’ leeft: ‘Dit heeft mijn wereld flink verbreed.’ 

Ervaren 

In de andere projecten hadden studenten dezelfde ervaring. Dit was ook een belangrijk doel van deze projectweek ‘Het geval van Veenweiden’, dat voortkomt uit het Onderwijsakkoord Fryslân (OAF). Hierin hebben de Friese onderwijsinstellingen afgesproken dat zij op een aantal belangrijke werklijnen samenwerken voor de ontwikkeling van de regio. In deze week kwam technologie - onder leiding van CIV Water - samen met circulariteit en inclusie, dat valt onder SPARK the Movement. 

Niet alleen voor de studenten is zo’n week leerzaam. ‘Als coach leer je in zo’n week ook omgaan met jongeren van mbo tot wetenschappelijk onderwijs’, aldus Menno Wierdsma, practor Duurzaam Denken Duurzaam Doen bij Firda. Uitdaging is om iedereen een eigen rol te laten pakken. Dan inspireren ze elkaar, zag ook Marcel van der Horst. ‘Dat is een interessant spel van soms een duwtje en een andere keer op je handen zitten.’  

Samen met Max Eisenbart van Spark the Movement organiseerde hij deze week. Max merkte met veel plezier hoe jongeren zich samen stortten op opdrachten die alles te maken hebben met hun toekomst in een duurzame wereld. Dat werkt, zag ook Carlo Segers. Als bestuurslid van Firda - en aanjager van deze projecten binnen het OAF - zag hij in deze week weer wat brede samenwerking kan opleveren. ‘Zo gebruiken we ieders expertise. Dat is verfrissend.’ 

Vier vragen 

Als je dan met een frisse blik naar een vraagstuk kijkt, kun je heldere adviezen verwachten. Zijn veenweides wel geschikt voor intensieve landbouw? Marcus van der Meer, melkveehouder in Oldeboarn, vroeg om een objectief oordeel. Ook Jacob van der Bij - boer in dezelfde regio - zoekt naar een goede verhouding met de natuur.  

Het antwoord van de studenten was helder. ‘Deze gebieden zijn niet geschikt voor intensieve landbouw’, concludeerde de groep van NHL-student Anne-Geart de Beer. ‘Boeren hebben een laag grondwaterpeil nodig om met zware machines het land op te kunnen. Maar hierdoor zakt de bodem en komt veel CO2 vrij, omdat het veen - eigenlijk resten van planten - oxideert.’ 

En dan? Er zijn alternatieven, zagen de studenten die voor het Biosintrum in Oosterwolde onderzochten hoe natte landbouw is te promoten. Zet nieuwe kansen ruim in de schijnwerpers, want ook met veenmos, cranberry’s, lisdodde en riet valt op deze bodem een goede boterham te verdienen. Lisdodde is in de bouw prima te gebruiken voor isolatie. Riet voor daken komt nu uit China. ‘Als jij hier goed riet kunt leveren’, weet Aeres-student Niels Wapstra, ‘krijg je nu een mooie prijs’.